Deze TROS publiciteitsfoto van Martine Bijl stamt uit 1981, is zelfs vrij van auteursrechten (waardoor ik ‘m hier in een povere 500 bij 500 pixels kan laten zien) maar tegelijkertijd dus ook héél actueel.
Martine Bijl (69) heeft voor het eerst een boekje open gedaan over de nasleep van de hersenbloeding die ze twee jaar geleden kreeg. “Het is alsof er een vreemd wezentje in mijn hoofd kroop”, zo staat in het onder relaties verspreid boekje Rinkeldekink waaruit De Telegraaf woensdag publiceert. Bijl – hersenbloeding of niet – schrijft er prachtig over.
“Toen ik een kale plek op mijn hoofd had en de deur naar mijn brein openstond, is hij erin gekropen”, schrijft ze. “Hij betekent chaos, maar ik noem hem anders, omdat ik op die manier bang voor hem ben. Wie je een naam geeft, daar moet je vriendschap mee kunnen sluiten, als met een huisdier. Daarom heet hij nu E.T., naar de buitenaardse oudemannetjespuber in de film van Steven Spielberg.”
Ik voel hem rommelen en klooien
“Hij kaatst tegen de wanden van mijn kop, hij maakt mijn kaken stijf. Hij mompelt en sist. Ik voel hem rommelen en klooien, ruisend en klikkend schiet hij in mijn lichaam heen en weer als een luchtbel in de centrale verwarming. Hij trekt mijn lichaam aan als een jas. Het lukt me haast niet om iets op te pakken en als ik het eenmaal vast heb, dwingt hij mijn hand om het vast te houden. Een stuk bestek, een tandenborstel, ik kom er niet vanaf.”
Martine zegt dat ‘E.T.’ haar nu vaker laat gaan, zolang ze hem maar streng toespreekt. “Dat heb ik zo geleerd op therapie. Je moet het gewoon duidelijk zeggen, dat helpt je. Ook speelt hij de baas over mijn benen, als ik opsta om een schaaltje uit de kast te pakken. E.T trekt zich mompelend terug. Ik heb gewonnen. Uit nijd maakt hij mijn kaken stijf.” bronbericht