Wist ik niet: Toen apotheker dr. John Stith Pemberton Coca-Cola in 1885 uitvond, gebruikte hij cocaïne als een van de hoofdingrediënten. Dit kwam van een extract van de coca-bladeren, wat de “Coca” in de naam verklaart. Het drankje bevatte circa 9 mg per glas. Ter vergelijking: een lijntje cocaïne bevat meestal zo’n 50 mg.

Charles Blount, Creative Commons

In 1901 begon Asa Candler, zakenpartner van uitvinder Pemberton, met het aanpassen van de formule van Coca-Cola om de cocaïne te verwijderen. Nieuwe inzichten maakten dat cocaïne een slechte naam kreeg. Tegen 1903 was de cocaïne grotendeels uit de formule gehaald en vervangen door suiker en cafeïne. Tegen 1929 was het proces van de-cocaïnisering van coca bladeren geperfectioneerd, waardoor Coca-Cola volledig vrij was van cocaïne. complete artikel