Ik ben er nog niet helemaal van overtuigd. De uitspraak is afkomstig van virologe Marion Koopmans, een van de zeven experts die de Europese Commissie bijstaan tijdens de coronacrisis. In een lezenswaardig interview met De Correspondent stelt Koopmans: “Een grotere waarschuwing over de kwetsbaarheid voor de verspreiding van infectieziekten kunnen we niet krijgen’. En vraagt ze zich af: Wat betekent dit voor de toekomst? Hoe gaan we onze zorg inrichten, hoe we reizen, hoe we steden bouwen.’
Minstens zo interessant – en daarmee mijn tweede leestip – in het gesprek dat De Volkskrant had met David Quammen. Deze Amerikaanse journalist schreef tien jaar geleden voor National Geographic al over een nieuw coronavirus dat zich via een lokale markt in China zou verspreiden over de hele wereld.
‘Virussen volgen darwinistische regels: ze passen zich telkens aan, want zo hebben ze de grootste kans om te overleven en te reproduceren. Wanneer ze zich nestelen in de mens, hebben ze een buitensporig talrijke soort op aarde te pakken. Er zijn wel 7,7 miljard van ons, dus dan ontstaat er voor een virus een compleet nieuwe wereld van mogelijkheden. Zo bezien behoort dit nieuwe coronavirus tot de meest succesvolle virussen op aarde.’
U omschrijft de mens als een uitbráák. Waarom?
‘Ecologen spreken van een uitbraak als de populatie van een bepaalde soort ineens enorm uitdijt. Zo kan een bepaald soort nachtvlinder jaren achtereen haast onopgemerkt in een natuurgebied voorkomen, voordat ze ineens in aantal explodeert. Omwonenden willen ze al gauw met gif uitroeien. Maar het gekke is: als je rustig afwacht, zie je het volgende jaar, of het jaar daarop, een even plotselinge terugval in de populatie en langzaam verdwijnen ze weer. Waarom? Omdat ze een virale plaag in zich dragen die om zich heen grijpt zodra de soort zo talrijk is en zo dicht opeengepakt zit. Dat virus wordt hun dood en de populatie zal abrupt worden teruggesnoeid.’