|
'n prettig weekeinde
door Henk Nouens *
Delftsche Courant
Gelieve
dat "door Henk Nouens" met een korreltje zout te
nemen. Elders op deze website staat een groot artikel dat
ruim 12 jaar eerder in "de Tijd" verscheen.
Complete lappen tekst uit dat verhaal zijn letterlijk door
Nouens overgetikt en zonder bronvermelding onder zijn eigen
naam gepubliceerd in de Delftsche Courant van 20 september
1980. Hoe heet zoiets ook alweer? Juist ja. |
Helemaal
aan het begin van die strijd voor meer openheid van bestuurders naar
pers en publiek "staat" L. E. Mokveld, die omstreeks 1908
bij de Delftsche Courant als leerling-journalist begon en al vrij
gauw beschouwingen begon te publiceren over gebeurtenissen in de
dorpen rondom. Op de toon van die artikelen kwam een lezer af, die
burgemeester bleek te zijn van het naburige Schipluiden. De man
worstelde met moeilijkheden en kwam om wat ruggesteun vragen. Die
heeft hij gekregen en daaruit ontwikkelde zich een rel, die uniek is
gebleven in de geschiedenis van de Nederlandse pers. Die burgemeester
kwam er over klagen, dat hij - stammend uit een protestants geslacht
- werd "geterroriseerd" door de boerenbevoiking,
overwegend katholiek.
Oorzaak: er had géén vlag gewapperd van het gemeentehuis op de dag
dat een kerkelijke herindeling van kracht was geworden. Of er niet
eens iemand van de krant kon komen op een raadsvergadering om het
wangedrag in ogenschouw te nemen. Eerst voelde L. E. Mokveld er
weinig voor. "Maar omdat 't een wat zielige man was"- zo
vertelde hij later - ben ik er toch maar heen gegaan". De
verslaggever arriveerde om zeven uur 's avonds, per fiets, ging
eerst kennismaken met de veldwachter, kreeg van hem een keukenstoel
om op te zitten in de raadszaal. Zijn aanwezigheid veroorzaakte
groot tumult. Wat is dat voor iemand? Een pottekijker? De burgemeester
legde uit: die meneer is van de krant, hij mag onze zitting bijwonen
- die is openbaar. ik kan hem niet eens wegsturen. Geschreeuw: wij
willen geen indringers - gooi die kerel op straat.
Sommige raadslden spuwden woedend hun pruim over tafel. Maar
uiteindelijk werd toch begonnen aan afhandeling van de agenda. In de
Delftsche Courant stond de volgende dag een verslag van wat er zich
had afgespeeld. Drie weken later fietste L. E. Mokveld weer naar
Schipluiden, voor de volgende raadsvergadering. Halverwege werd hij
al opgewacht door een groep woedende boeren, die dreigden hem bont
en blauw te staan als er weer zo'n stuk In de krant zou komen.
Gelukkig waren er die avond nog twee andere verslaggevers. Het ging
er weer rauw toe tijdens deze zitting. Voor het gemeentehuis hield
een kleine meniqte de wacnt. Na afioop werd de pers
"uitgeleid" door burgemeester en veldwachter met getrokken
pistool: er moest zelfs een waarschuwingsschot worden gelost om die
aftocht veilig te doen verlopen.
Enkele dagen later kreeg L. E. Mokveld een brief van de commissaris
van de koningin. Deze bood hem zijn excuses aan voor wat er was
gebeurd. Hij schreef: "Het gezag heeft hier gefaald, ik zal
voor betere bescherming zorgen. Stelt u zich in verbinding met de
rijkspolitie". Maar de volgende raadsvergadering werd een
escorte meegestuurd van twee rechercheurs in burger. Ze fietsten met
L. E. Mokveld mee.
Halverwege stond opnieuw een groep agressievelingen te wachten. Er
waren twee boeren bij in een sjees, die
probeerden het trio omver te rijden. Dat lukte bijna. De journalist
en zijn begeleiders moesten zich opzij laten vallen in de berm.
bij het vertrek die avond kwam het opnieuw tot moeilijkheden . Die
situatie werd gevaarlijk. De verslagen werden overgenomen
door alle kranten in Nederland. Er werd weken over geschreven.
Verslaggevers uit Amsterdam. Den Haag en Rotterdam volgden nog
geruime tijd alle raadsvergaderingen van het dorp Schipluiden. Niet
lang na deze fameuze troebelen brak de eerste wereldoorlog uit en L.
E. Mokveld, inmiddels benoemd tot correspondent van "De
Tijd", bracht het tot oorlogscorrespondent. Want
Tijd-hoofdredacteur Fons Laudy wilde verslagen hebben van wat zich
aan het front afspeeldle. HIJ herinnerde zich plots de rel in
Schipluiden. Zou die ondernemende Mokveld er iets voor voelen? Deze
werd ontboden en zat de volgende morgen al In de trein naar België.
Wij zullen hier niet de hele, kleurrijke loopbaan van Lambertus
Emanuel Mokveld (1890-1968) volgen. Hij was een uniek journalist die
over de "moderne oorlog" 14-18 later onder de titel
"De overweldiging van België" in boekvorm schreef, naar
aanleiding van zijn viermaandelijks verblijf bij de Duitse troepen,
waarbij hij ook nog van spionage werd verdacht. Hij was verscheidene
malen hoofdredacteur van streek- en regionale bladen en zette in
1940 als een der eersten het verzet tegen de Duitsers op poten. De
"openheid" brak Mokveld tegen het eind van zijn leven
opnieuw op.
Als hoofdredacteur van "De Gecombineerde", een streekblad
voor Tiel en omgeving, kreeg hij in 1968 een conflict met zijn
directie. Die had geweigerd zijn commentaar te plaatsen over een
plaatselijke politicus-zakenman omdat men vreesde dat deze
belangrijke drukwerkklant dan zijn vele orders zou stopzetten. De
78-jarige werd een schrijfverbod
opgelegd en later werd hij aan de dijk gezet. Zo kan dat mensen
vergaan die uit de pas lopen. "Als ik met schrijven stop, dan
zal 't mijn dood zijn", had hij kort tevoren gezegd. Hij kreeg
nog in hetzelfde jaar gelijk.
-bekijk
het orginele artikel (500 kB)
-terug naar eerste pagina met
dank aan Jean Mokveld |
|